Zorgachterstand in Halle-Vilvoorde blijft ondanks inspanningen groot
Zorgaanbod Vlaams-Brabant opnieuw in kaart gebracht

De provincie Vlaams-Brabant bracht een nieuw welzijnsrapport uit. Daarin brengt ze het aanbod van de welzijns- en zorgsector in kaart. Opvallend is dat, na jarenlange inspanningen, de historische achterstand in Halle-Vilvoorde, nog steeds niet is weggewerkt. De Vlaamse Rand en bij uitbreiding het arrondissement Halle-Vilvoorde vertoont vaak nog grote verschillen met de andere Vlaamse provincies en dit op het gebied van meerdere zorgsectoren.
Vlaams-Brabant kent een historische achterstand op het vlak van zorg- en welzijnsaanbod. Die achterstand is er in verschillende delen van de welzijns- en gezondheidszorgsector en over diverse zorgvormen binnen die sectoren.
Sinds 2006 brengen we het welzijns- en zorgaanbod in Vlaams-Brabant systematisch in kaart. Verschillende initiatieven, zowel vanuit de provincie als vanuit Vlaanderen, moesten in de voorbije jaren bijdragen aan het wegwerken van de tekorten. En toch zien we nu dat deze maatregelen nog steeds niet in alle sectoren tot een gelijkschakeling met de rest van Vlaanderen hebben geleid. We blijven achterop hinken. De andere regio’s en provincies zitten natuurlijk ook niet stil, waardoor de inhaalbeweging moeizaam verloopt.
Tom Dehaene, gedeputeerde voor Data & Analyse.
Via Vlabinvest dragen we concreet bij aan het wegwerken van de zorgachterstand in onze provincie. Vlaanderen voorziet jaarlijks 2.350.000 euro die we in de vorm van subsidies uitkeren voor investeringen in gronden, gebouwen en inrichting van welzijns- en zorgvoorzieningen die een bijkomend of verbeterd zorgaanbod creëren.
Daarnaast wil Vlabinvest inspelen op de zorgachterstand in specifieke regio’s door zelf trekker te zijn van initiatieven. Een aankoop van een eerste zorgcampus te Halle met een geplande inhuizing met zorgactoren eind 2026 is de eerste stap.
Gunther Coppens, gedeputeerde voor Vlabinvest
Belangrijkste conclusies uit het welzijnsrapport
Sinds de eerste analyses zijn er merkelijke verbeteringen in het toewijzingsbeleid van de financiële middelen aan de welzijnsvoorzieningen. In verschillende sectoren, bijvoorbeeld in het Algemeen Welzijnswerk en de Centra voor Geestelijke Gezondheidszorg, gebeurt de verdeling ondertussen op basis van objectieve criteria zoals het bevolkingsaantal, aangevuld met indicatoren over de socio-economische kenmerken van de bevolking. Er is vanuit de Vlaamse administraties sowieso meer aandacht voor een evenwichtige verdeling over het grondgebied, zodat voorzieningen beter bereikbaar zijn vanuit elke regio in Vlaanderen en Brussel.
In sommige sectoren is dit proces nog gaande, zoals bij de hervorming van de buitenschoolse kinderopvang naar ‘buitenschoolse opvang en activiteiten’ of BOA. De regie komt daarvoor bij de lokale besturen te liggen en de subsidies worden berekend op het aantal kinderen, naast een opstartbedrag dat geen rekening houdt met de grootte van de gemeenten.
Toch blijft in een aantal sectoren de achterstand bestaan.
Achterstand CAW-middelen
Bij de Centra voor Algemeen Welzijnswerk (CAW), met toewijzing van de uitbreidingsmiddelen per provincie en niet per CAW of zorgregio, zien we nog steeds een grotere zorgachterstand voor Vlaams-Brabant die volledig toe te wijzen is aan de zorgregio Halle-Vilvoorde.
Achterstand geestelijke gezondheidszorg
In de geestelijke gezondheidszorg gaat de kleinste subsidie-enveloppe per inwoner voor de Centra voor Geestelijke Gezondheidszorg (CGG) naar Halle-Vilvoorde. De achterstand kon niet weggewerkt worden door de laatste investeringen. Op het vlak van beschut wonen en psychiatrische verzorgingstehuizen beweegt er weinig, waardoor de situatie niet verandert en het lage aanbod in Halle-Vilvoorde blijft.
Achterstand jongerenwelzijn
Op het vlak van jongerenwelzijn blijft het arrondissement Halle-Vilvoorde sterk achterop tegenover andere regio’s en provincies. De extra middelen voor jeugdhulp werden de voorbije legislatuur projectmatig verdeeld. De kleinere, minder goed uitgebouwde organisaties actief in Halle-Vilvoorde kregen deze niet toegewezen of vonden de mogelijkheid niet om hierop in te spelen. Uitbreidingsmiddelen worden voornamelijk verdeeld op basis van het aantal jongeren in de jeugdzorg, maar aangezien een groter aanbod ook de vraag aantrekt, ontstaat er een vicieuze cirkel. Gecombineerd met het kleinere aanbod in een aantal sectoren die jongeren kunnen doorverwijzen, zoals het algemeen welzijnswerk en de geestelijke gezondheidszorg, zal deze achterstand niet snel opgelost worden.
Kinderopvang onder gemiddelde
Voor de kinderopvang voor baby’s en peuters blijft Vlaams-Brabant onder het Vlaams gemiddelde hangen. Het aantal plaatsen per 100 kinderen steeg in 2020 even naar net boven het gemiddelde, maar de zorgachterstand was terug aanwezig in de jaren erna. Het aantal plaatsen daalt in de meeste gemeenten naarmate we Brussel Hoofdstad naderen.
Minder persoonsgebonden budgetten
Voor de sector personen met een handicap blijft het zeer moeilijk om een inschatting te maken van de tekorten. Er is nog weinig zicht op de ruimtelijke spreiding van het aanbod. Het is duidelijk dat er vanuit Vlaams-Brabant en voornamelijk het arrondissement Halle-Vilvoorde minder persoonsvolgende budgetten worden aangevraagd. Naar de oorzaken van deze kleinere zorgvraag is nog steeds geen onderzoek gebeurd, zodat we niet weten of het (historisch) kleinere aanbod daarin van invloed is.
Weinig dag- en thuiszorg voor ouderen
In de woonzorg zien we geen tekorten bij de residentiële ouderenzorg, maar er zijn wel weinig dagverzorgingscentra in Halle-Vilvoorde en een beperkt aantal plaatsen kortverblijf in het arrondissement Leuven. In verhouding tot de programmatie bij de diensten voor gezinszorg, worden er in het arrondissement Halle-Vilvoorde zeer weinig uren thuiszorg gepresteerd. Ook hier is het echter gissen naar de oorzaken, waarschijnlijk een combinatie van een kleinere vraag en de moeilijkheid om voldoende verzorgenden te vinden om de toegekende zorguren te presteren.
Tijd voor (meer) actie?
Uit de gesprekken met de Vlaamse administraties blijkt dat de zorgachterstand in Vlaams-Brabant erkend wordt en ter harte genomen wordt door de medewerkers. Meer en meer zien we dat de Vlaamse overheid tracht om subsidies op een objectieve manier te verdelen, via het gebruik van indicatoren en op basis van wetenschappelijk onderzoek. De verdeling blijft echter vaak nog op het niveau van de provincies, middelen worden nooit specifiek ingezet op een kleine regio met zorgachterstand. Projectmatige middelen worden verdeeld aan de hand van oproepen, waar ze worden opengesteld aan alle zorgactoren die het project zouden kunnen verwezenlijken. De achterstand in bepaalde regio’s wordt nooit als criterium gebruikt om de middelen te verdelen.
Vlabinvest blijft een belangrijk instrument om mee te helpen de zorgachterstand weg te werken. Vlabinvest Zorg heeft de opdracht gekregen om zich toe te spitsen op de regio’s binnen Vlaams-Brabant waar de noden het hoogst zijn. Op basis van de jaarlijkse update van de cijfers uit het rapport dat hier wordt voorgesteld, wordt voor de reguliere subsidiewerking een voorrangsregeling toegepast voor deze regio’s. Ook de zorgcampussen worden opgetrokken in regio’s waar een zorgachterstand wordt gedetecteerd.
Verder werkt Vlabinvest aanvullend op het Vlaams Infrastructuurfonds voor Persoonsgebonden aangelegenheden (VIPA). VIPA geeft gelijke subsidies voor heel Vlaanderen aan de hand van een forfait per vierkante meter. Voor centrumsteden en het tweetalig gebied Brussel-Hoofdstad wordt gewerkt met een verhoogde forfait. Het arrondissement Halle-Vilvoorde telt echter geen enkele centrumstad. Voorzieningen in de ruime Vlaamse Rand, nochtans een sterk verstedelijkte regio, met zeer hoge grond- en woningprijzen, komen dus niet in aanmerking voor deze verhoging. Bij Vlabinvest krijgen voorzieningen extra subsidies indien ze een grond aankopen in het arrondissement Halle-Vilvoorde. Subsidieaanvragen uit Halle-Vilvoorde krijgen daarnaast voorrang bij een eventueel tekort aan budgetten om alle aanvragen in te willigen.
Via de jaarlijkse gesprekken met Vlaanderen blijven de zorgtekorten eveneens op de radar van Vlaanderen en kan Vlaanderen op haar beurt haar beleidsdoelstellingen en vooral de uitwerking hiervan kenbaar maken aan Vlabinvest. Vlabinvest zet zich in om deze uitwerking te versterken in Vlaams-Brabant en in het bijzonder de ruime Vlaamse Rand.
Meer info
- Cijferrapport Achterstand in de zorg
- Meer cijfers: provincies.incijfers.be
- Initiatieven van Vlabinvest zorg: www.vlabinvest.be en www.vlabinvestzorg.be
Tom Dehaene
Gunther Coppens
Tine De Rijck
Sarah Claeys
Frank Ilsbroux