Werken gecontroleerd overstromingsgebied Tieltse Motte zijn klaar
De provincie Vlaams-Brabant heeft de werken aan het gecontroleerd overstromingsgebied langs de Tieltse Motte in Tielt-Winge afgerond. Zo krijgt het water meer ruimte in onbebouwde delen van de vallei.
De inrichting van het gecontroleerd overstromingsgebied langs de Tieltse Motte in Tielt-Winge is afgerond. De zone situeert zich tussen de Dorpsstraat en het Hazenpad enerzijds en tussen de Tieltse Motte en de oude tramdijk anderzijds.
Bij hevige regen stromen grote hoeveelheden water van de hellingen naar de vallei van de Tieltse Motte. Dit leidde meermaals tot wateroverlast in de woonkernen in de omgeving.
Deze laaggelegen weide, opwaarts van de samenvloeiing met de Hommelsebeek, bleek qua ligging het meest geschikt om in te richten als buffergebied. Want aan de westelijke zijde van het terrein vormde een historische tramdijk al een soort dijk.
“We plaatsten ook een dijk aan de oostzijde en bouwden een knijpconstructie die regelt hoeveel water we tijdelijk ophouden en daarna vertraagd afvoeren. Dit gecontroleerd overstromingsgebied kan tot 8.800 kubieke meter water opslaan en zal de wateroverlast in de omgeving van het Hazenpad sterk verminderen”, zegt Tom Dehaene, gedeputeerde voor waterlopen.
Een zware kraan zorgde voor de plaatsing van de betonnen prefab-kopmuur van 36 ton.
De firma Heylen voerde de werken uit voor een bedrag van 163.106,31 euro. De provincie Vlaams-Brabant krijgt hiervoor 50% subsidies via het ‘Levend water’-programma van de Vlaamse Milieumaatschappij van de Vlaamse overheid.
“We zijn blij dat het gecontroleerd overstromingsgebied aan de Tieltse Motte gerealiseerd is. Dat het nodig was, heeft de overvloedige neerslag van de voorbije maanden en jaren in de regio aangetoond”, zegt gedeputeerde Tom Dehaene. “Ook via erosiebestrijding op de sterk hellende akkers werken we aan het probleem van te snelle afstroming. Het water, dat toch kan doorstromen tot in de beekvallei, kunnen we nu bufferen, deels laten insijpelen en vertraagd afvoeren. Zo pakken we de problemen ook brongericht aan en geven we het water zoveel mogelijk ruimte in onbebouwde delen van de vallei.”
Tom Dehaene
Peter Maris
Frank Ilsbroux